Puntbijvlieg (Eristalis nemorum)

Zweefvliegen

(Syrphidae)

Vliegtijd: april - oktober

Zweefvliegen hebben hun naam te danken aan het feit dat ze stil kunnen hangen in de lucht en dit ook vaak doen. Net als veel andere vliegende dieren die stil kunnen hangen in de lucht (zoals de kolibrie en de kolibrievlinder) bewegen ze hun vleugels hierbij heel snel. De meeste zweefvliegen zijn klein en onopvallend gekleurd, maar de bekendste soorten zijn vaak juist wat opvallender gekleurd. Dit komt doordat een groot aantal soorten zweefvliegen doet aan ‘mimicry’, het na-apen van andere dieren. In het geval van zweefvliegen vermommen ze zich vaak als gevaarlijke dieren. Dat is slim, want zweefvliegen zelf zijn helemaal niet gevaarlijk. Zonder dit ‘trucje’ zouden roofdieren ze veel sneller aanzien voor een lekker hapje.

De ‘blinde bij’ bijvoorbeeld is helemaal geen bij, maar een zweefvlieg. Hij lijkt wel heel erg op een bij, zelfs de meeste mensen laten zich foppen! De blinde bij kan dus ook helemaal niet steken, maar mensen en roofdieren die gefopt worden door zijn vermomming laten hem natuurlijk lekker met rust! Zo hebben we in Nederland een heleboel soorten die lijken op hommels, bijen en wespen die helemaal niet kunnen steken of bijten. Op de foto zie je bijvoorbeeld een puntbijvlieg, een soort die, net als de blinde bij, veel op een bij lijkt.

Ook de larven van sommige soorten zweefvliegen vallen op. Niet vanwege hun felle kleuren maar vanwege hun eigenaardige lichaamsbouw. Van sommige soorten (waaronder de blinde bij) leven de larven in zuurstofarm of zuurstofloos water. Om toch aan zuurstof te komen hebben ze aan het achterlijf een lange, dunne, uitschuifbare (tot wel 15 cm!) buis die ze uit het water kunnen steken om adem te halen. Deze buis heeft wel iets weg van een staart. Om deze reden worden dit soort larven ook wel ratten-staartlarven genoemd.

De soort op de foto is de puntbijvlieg. Deze is algemeen en komt door heel Nederland wel voor.