©

Grasmus

(Sylvia communis)

Broedtijd: april - augustus

 De grasmus overwintert in Centraal-Afrika en komt in de zomer naar Nederland om te broeden. De grasmus leeft in Nederland vooral in ruige graslanden met daar omheen een struweel met bomen. Klik maar eens op de kaart om te bekijken waar ze pas nog zijn gevonden.

De grasmus is een bruin vogeltje met een donkere staart. Zijn kop is grijs en zijn keel is wit. De kleuren van het mannetje en het vrouwtje zijn gelijk. Het mannetje zingt in het voorjaar om een vrouwtje te lokken en om andere mannetjes te laten weten dat dit zijn plekje is.

Het mannetje van de grasmus komt als eerste aan in Nederland en bouwt dan een aantal nesten. Als het vrouwtje dan komt kan zij kiezen welk nest het beste is om eitjes in te leggen. Het vrouwtje heeft in de zomer 2 keer een nestje met 4 tot 5 eieren. Bij de grasmus broed zowel het mannetje als het vrouwjte. Het broeden duurt ongeveer 1,5 week, totdat de kuikens uit het ei kruipen. Na nog ongeveer 1,5 week zijn de jongen groot genoeg om het nest te verlaten. Ze worden dan nog wel een tijdje gevoerd door de ouders.